Koen Caris wint derde Open Call HNT X Bellevue

Toneelschrijver Koen Caris (1988) is de winnaar van de derde open call van Theater Bellevue en Het Nationale Theater. Zijn stuk Cerberus zal in november 2025 als lunchvoorstelling te zien zijn in Theater Bellevue. Acteurs Soumaya Ahouaoui en Bram Coopmans spelen de rollen.

Sinds 2023 slaan de twee theaters de handen ineen met een jaarlijkse open call. Hiermee willen ze voor jong schrijftalent een tussenstap creëren tussen de reguliere lunchvoorstellingen in Bellevue en de grote zaalstukken met gevestigde namen van Het Nationale Theater. Eerdere winnaars waren Max Wind en Joeri Heegstra (Exit Poll, 2023) en Roos Bottinga (Hen, 2024).

Cerberus

De opdracht voor deze open call was om een stuk te schrijven waarin twee mensen met een extreem uiteenlopende mening de dialoog met elkaar moeten aangaan. Een leescommissie, bestaande uit Tom Helmer (dramaturg en programmamaker Theater Bellevue), Melissa Knollenburg (schrijver en Toneelschrijfhuis), Nedra Arsenovic-Kenzari (QISSA), Raygin Fullinck (regisseur), Bram Coopmans (acteur Het Nationale Theater) en Willemijn Barelds, ontving 54 geanonimiseerde inzendingen. Uiteindelijk kwam het stuk van Caris als winnaar uit de bus.

Cerberus schetst een situatie waarin een regisseur en een van zijn slachtoffers ieder werken aan een eigen voorstelling over machtsmisbruik. Waar het in het begin lijkt op een poging tot verzoening, ontaardt het uiteindelijk in een gevecht om het verhaal. Volgens regisseur en commissielid Raygin Fullinck is het ‘een gewaagde en uitdagende tekst waarin verschillende uiteenlopende partijen het grijze gebied betreden.’

Koen Caris schreef al eerder toneelstukken, romans en hoorspelen, onder meer voor Kobra Theaterbureau, BNNVARA, VPRO, Bellevue Lunchtheater, TPH Zeeland en Slagwerk Den Haag. Met zijn werk ontving hij al verschillende prijzen op het Café Theater Festival en Fringe, de Hebban Debuutprijs en het TheaterTekstTalent-Stipendium.

De open calls van Theater Bellevue en Het Nationale Theater worden ondersteund door de VandenEnde Foundation.