18 november 2024 | Studiebeurs
Interview: Maarten Combrink ontmoet zijn voorbeelden
Trombonist en componist Maarten Combrink (2000) studeerde aan de conservatoria van Amsterdam en Rotterdam en is sinds zijn afstuderen in vele orkesten en formaties te horen. In 2021 wint hij het J.J. Johnson Jazztromboneconcours dat in Salt Lake City werd georganiseerd. Daar ziet hij verschillende optredens van zijn voorbeeld Marshall Gilkes. Als bij latere ontmoetingen blijkt dat ze een hele goede klik hebben, nodigt Gilkes hem uit om twee weken langs te komen in New York om bij hem te studeren. Een kans die Combrink natuurlijk met beide handen aangrijpt.
Wat was je eerste kennismaking met Marshall Gilkes?
“Mijn eerste kennismaking met Marshall was vorig jaar toen hij naar Amsterdam kwam. Met mijn vrienden van trombonekwartet Tinase hebben we toen een paar stukken met hem opgenomen, die we binnenkort gaan uitbrengen als onderdeel van een album.
Ook heb ik afgelopen juni twee optredens met hem gedaan in Nederland, wat voor mij heel bijzonder was. Als je jazzmuziek samen speelt, is iedereen gelijkwaardig op het podium. Het is ontzettend inspirerend om op die manier van je voorbeelden te leren.”
De afgelopen periode volgde je lessen bij hem, in New York. Hoe was dat?
“In september ben ik inderdaad twee weken naar New York geweest. Toevallig waren daar ook een paar vrienden die in Amsterdam hadden gestudeerd. Met hen heb ik elke avond concerten en jamsessies bezocht. Er is zoveel goede muziek, op iedere avond van de week, en de meeste muzikanten zijn ook heel hartelijk en uitnodigend op jamsessies.
In New York heb ik zowel les gekregen van Marshall als van Elliot Mason. Om uren door te brengen in de studiekamers van twee van mijn grootste inspiratiebronnen was lichtelijk onwerkelijk, maar aangezien ze allebei zo sympathiek en gepassioneerd zijn, voelde het eigenlijk heel normaal.
Uiteindelijk, als je jarenlang veel studeert, worden de verschillen steeds kleiner en zijn het eigenlijk honderden kleine details bij elkaar opgeteld die hen onderscheiden van alle anderen. Als je tijd met muzikanten doorbrengt en bij hen thuiskomt, kom je soms achter details die je anders nooit te weten zou zijn gekomen.”
Tekst gaat verder onder de afbeeldingen.
Hoe is jouw eigen liefde voor de trombone eigenlijk ontstaan?
“Ik ben zelf begonnen op euphonium. Dit instrument heeft een mooie, ronde klank, maar is niet heel veelzijdig. Na een aantal jaar ben ik overgestapt op trombone, omdat de klank van dit instrument juist alle kanten opgaat. Het kan heel zangerig zijn, of juist heel scherp of donker. Je kan in alle stijlen spelen. De uitdaging om mijn spel en klank elke dag weer aan te passen aan een andere stijl vind ik erg leuk. Zo speel ik jazz, salsa en popmuziek en studeer ik ook regelmatig klassiek.
Op jonge leeftijd begon ik te studeren bij Bert Boeren en Ilja Reijngoud. Zij hebben ontzettend veel voor mij betekend en mij destijds geïnspireerd en gemotiveerd om naar het conservatorium te gaan. Aangezien ik niet uit een muzikale familie kom, is het belangrijk om rolmodellen te hebben, die je een idee geven hoe je leven eruit zou zien als je bepaalde keuzes maakt.
Hoe meer ik me heb ontwikkeld, hoe meer ik van de trombone ben gaan houden. Het is een uniek instrument en hoe meer je studeert, hoe leuker het wordt.”
Je bent nu weer terug in Nederland. Welke projecten liggen er in het verschiet?
“Ik heb in het voorjaar mijn eigen composities opgenomen met mijn quintet, bestaande uit trombone, basklarinet en ritmesectie. Die worden momenteel gemixt. Het is de bedoeling om die composities begin volgend jaar uit te brengen.
Daarnaast speel ik deze weken projecten met het Metropole Orkest, Peter Beets New Jazz Orchestra, All Ellington, Jazz Orchestra of the Concertgebouw en de Jasper Blom Bigband. Genoeg te doen dus.
Ook wil ik graag een wat langere tijd in New York gaan doorbrengen. Ik ben me momenteel aan het oriënteren in welke vorm precies. De manier waarop de muziek leeft in New York is heel bijzonder en ik zou me er graag meer door laten beïnvloeden.”
In 2024 ontving Maarten Combrink van de VandenEnde Foundation een studiebeurs van € 2.500,- voor privélessen bij Marshall Gilkes in New York.